Lezing Phra Mettavihari Bhikkhu
Vertaling:Rien Loeffen
 
Ik vind het fijn dat ik vandaag bij jullie kan zijn, om een blijk van 
waardering te geven voor jullie motivatie en intentie om aan jullie 
innerlijke ervaring te werken.
 
Retreat betekent terugtrekken. Je terugtrekken van je dagelijkse 
activiteiten. Natuurlijk heb je hier ook een dagelijks leven. Je gaat 
naar 
het toilet, wast hezelf, kleedt jezelf en je beweegt jezelf. Je gaat 
van je 
kamer naar de eetzaal om te eten of je komt naar deze zaal. Het 
verschil is 
dat je thuis alles doet waar je zin in hebt. Wat je verlangen je laat 
doen. 
Elke keer dat we thuis zijn, in het gewone leven, worden we geleid door 
ons 
verlangen.
 
Als je hier in de retreat bent, sta je je verlangen niet toe om je te 
leiden. In plaats daarvan herken je de dingen die opkomen als objecten 
waar 
je je bewust van moet zijn. Als je je bewust bent van een zeker object 
moet 
je het noteren of benoemen en zelfs dan laat je jezelf zijn zoals de 
omstandigheden zijn, laat het zijn zoals het echt is. Alleen maar zijn. 
Je 
doet niets. Je laat geen dingen gaan zonder bewust te zijn van het 
object.
 
Iedere keer dat je noteert of benoemt, mediteer je. Dus je trekt je 
terug 
en mediteert de hele tijd, laten we zeggen vanaf de tijd dat je wakker 
wordt tot de tijd dat je weer in slaap valt. Daarom noemen we dit een 
intensieve beoefening van vipassana meditatie. Het is anders wanneer je 
drie dagen, vier dagen, vijf dagen, een week of nog langer mediteert, 
maar 
de oefening zelf heeft dezelfde intensiteit. Iedere keer dat je 
aandachtig 
bent beoefen je intensief.
 
Natuurlijk weet je hoe je met je beoefening moet beginnen. Je moet je 
bewust zijn van je zes zintuigen. Als de zintuigen er niet zijn, kun je 
geen vipassana meditatie beoefenen. Als de zes zintuigen er niet zijn, 
is 
er ook geen leven. De zes zintuigen laten je leven doorgaan en 
vergroten 
tegeijk je karma. Je bewustzijn door middel van de zintuigen is de 
manier 
om je karma te zuiveren. Dat betekent dat als er bewustzijn is, er ook 
verlangen is, door het bewust zijn van het zintuiglijk contact met je 
ogen, 
oren, neus, tong, lichaam en geest.
 
Al deze zintuigen creëren karma wanneer ze in contact komen met een 
extern 
object. Vooral wanneer je geest onmiddellijk reageert op contact met 
een 
denkbaar object. Je weet niet eens dat je het doet. Daarom is er 
tegelijkertijd onwetendheid. We noemen dit moha, het onbekende. Dit is 
altijd al bij ons mensen geweest,
 
Daardoor hebben we geen vipassana, geen inzicht. Je bent hier gekomen 
om je 
inzicht te laten werken. We oefenen, zodat je bewust wordt en alles 
komt te 
weten wat er gebeurt met je bewustzijn, je herkenning of je begrijpen 
en 
meestal ook je acceptatie. Ik bedoel acceptatie van dingen zoals ze 
echt 
zijn. Dan sta je in verbinding met wijsheid en met vipassana meditatie.
 
Als je terugkijkt op je leven vanaf de tijd dat je geboren werd, zie je 
dat 
je geboren bent in het onbekende. Als we vragen waarom we geboren zijn, 
moeten we antwoorden met gezond verstand  we zijn geboren voor 
onwetendheid. En met die onwetendheid waarmee we geboren zijn, komt ook 
de 
tijd om een beter verband te krijgen met wijsheid.
 
Wijsheid. Sommigen zeggen dat het intelligentie is, maar dat is niet 
echt 
wijsheid. Je kunt dingen leren, je kunt dingen weten, je kunt dingen 
onthouden, je kunt dingen heel helder zien, soms heel wijs, maar toch 
alleen intelligent. Dit is geen inzicht. Intelligent is geen inzicht, 
maar 
alleen iets dat je kunt leren. Je kunt veel dingen leren in deze 
wereld. 
Technologie, wetenschap, literatuur, van alles. Je kent ze goed, je 
denkt 
er over na, het is makkelijk om begrip te kweken, om antwoorden voor 
jezelf 
te krijgen.
 
Het betekent geen wijsheid voor vipassana. Je weet dingen, maar aan de 
andere kant weet je niet wat je weet. Je weet dingen zonder helderheid 
en 
integratie. Wat bekend is is onbekend. De vragen en antwoorden zijn nog 
niet bekend. Iedere keer dat je een antwoord geeft is er onwetendheid. 
Het 
is heel logisch  als je een antwoord moet geven, betekent dat dat de 
vraag 
er ook is. Dat bekent dat er nog onwetendheid is en geen echte 
wijsheid.
 
Dus als er geen antwoord is, is er wijsheid. Het is gewoon iets dat er 
is. 
Je hoeft geen antwoord te geven. Iets beanwoorden is belastend. Als je 
een 
leraar bent, moet je je bewust zijn van de vragen en ook van de 
antwoorden, 
omdat ze belastend zijn. Het betekent dat je iets meedraagt, dat je 
niet 
vrij bent.
 
Om vrijheid te krijgen moet je dus tegelijkertijd wijsheid krijgen. De 
meesten van ons verlangen naar vrijheid, maar we zijn nooit vrij. Je 
wordt 
ergens vrij van, maar de volgende keer ben je die vrijheid weer kwijt. 
Het 
volgt je altijd. We zijn niet vrij van alles wat ons volgt door onze 
karma. 
We ervaren dit in de meditatie en zuiveren of verbranden het. Hoe 
verbrand 
je je karma? Pijn is karma. Je krijgt die karma omdat je het voelt. Als 
je 
geen pijn voelt, is er geen pijn. Om zonder karma te zijn, of om je 
karma 
op te laten branden, moet je vooral veel lijden ervaren. Lijden is de 
voornaamste oorzaak. De voornaamste oorzaak voor onze problemen, maar 
niet 
een echte oorzaak vn zichzelf. De echte oorzaak van ons lijden is ons 
verlangen.
 
Ik wil dit verduidelijken met de leer. We hebben altijd twee 
verschillende 
soorten verlangen in ons, met elk zintuiglijk contact van één van de 
zes 
zintuigen. Daarom begin je met sila (discipline) als je vipassana 
meditatie 
beoefent. Discipline waarmee? Discipline met de zintuiglijke contacten. 
Je 
moet je bewust zijn van het moment waarop het contact komt. Als je er 
altijd bij bent heb je discipline. Als je er niet bij bent is je 
discipline 
er ook niet. Als je discipline er niet is bereik je geen zuivering. Als 
e 
geen zuivering hbt door de discipline heb je geen concentratie. Als je 
geen 
concentratie hebt, raak je verstoord en afgeleid en je geest is onecht 
omdat hij beïnvloed is door het contact van de zintuigen. Je geest 
draagt 
atijd iets met zich mee en reageert atijd ergens op.
 
Ik zei dat je twee soorten verlangen in je hebt. Eén daarvan is 
bhava-tanha 
in pali, het verlangen om met te zijn. De tweede is vibhava-tanha, het 
verlangen om zonder te zijn. Je hebt dit altijd als je in jezelf kijkt. 
Als 
je het verlangen hebt om met te ziijn, hunker je ernaar. Je wilt iets 
hebben of iets worden. Het maakt niet uit wat het is. De tweede  het 
verlangen om zonder te zijn  heb je als er iets is waarnaar je niet 
verlangt, wat je niet leukt vindt, wat je niet wilt en je liever niet 
hebt. 
Dit komt constant omhoog in je geest en daarom ben je ongelukkig, je 
lijdt 
hierdoor. Dit is de oorzaak van ons lijden.
 
Zintuiglijk verlangen is de derde. We hebben het contact van de vijf 
zintuigen: ogen, oren, neus, tong en lichaam (zonder geest). Het 
contact 
van fysieke organische processen. Je oog ziet het beeld, je oor hoort 
het 
geluid, je neus ruikt, je tong proeft als je eet of drinkt, je lichaam 
voelt koud en warm, hard en zacht. Dit is zintuiglijk verlangen. We 
willen 
alleende leuke dingen, de dingen die goed voelen, maar het is 
onvermijdelijk dat sommige dingen die je minder leuk vindt ook 
binnenkomen 
via deze zintuigen.
 
Met ieder zintuiglijk contact krijg je twee soorten gevoel. Gevoel is 
eigenlijk een verkeerde term in de taal van vipassana. Normaal is een 
zintuiglijk contact dat goed voelt een goed contact  een mooi beeld, 
een 
mooi geluid of mooie muziek. Het is hetzelfde met de neus, tong, 
lichaam en 
geest. Gewenst en ongewenst komen constant binnen.
 
Als je je sila dus wilt laten werken, moet je je zintuiglijke contacten 
geen voorkeur laten geven. Geen voorkeur en geen afeer. Je neemt het 
helemaal niet. Als je iets niet neemt met voorkeur of afkeer, dan wordt 
er 
ook geen karma gemaakt. Je creëert geen karma in connectie met je 
zintuigen.
 
Het contact is dus alleen maar een natuurlijk proces van de zintuigen. 
Op 
dat moment ben je echt en voel je dat je gezuiverd wordt. Je zuivert je 
zintuigen, je zuivert je sila en je zuivert je discipline op dat 
moment. 
Als je discipline gezuiverd is wordt je niet meer gestoord. Als je niet 
gestoord wordt door zintuiglijk contact heb je concentratie. Door die 
concentratie verkrijg je helderheid. Helderheid, niets meer dan 
helderheid. 
Wat steeds doorgaat met het zintuiglijk contact is niets meer dan 
helderheid. Helderheid is wijsheid en vrijheid tegelijk.
 
En er zijn ook geen vragen, geen antwoorden. Je bent vrij en je 
begrijpt 
waar vrijheid vandaan komt.
 
Je kunt dus geen vrijheid verkrijgen als een mens in het gewone leven, 
omdat er altijd wel iets te antwoorden is, vragen komen constant op je 
af. 
Je moet je ook over de antwoorden buigen, je moet ze voorbereiden. 
Wanneer 
je antwoorden krijgt, krijg je tegelijkertijd problemen. Dijkwijls vind 
je 
geen antwoorden voor je leven en je wordt kwaad, boos, gek en 
uiteindelijk 
eenzaam. Nu begrijp je waarom we vaak zo eenzaam zijn. Omdat we geen 
antwoorden krijgen. Je verlangt naar antwoorden, je krijgt geen 
antwoorden 
en je voelt je eenzaam. Antwoorden waarop? Antwoorden op je zintuigen. 
Your 
mind sense (?)
 
Je denkt altijd ergens aan, verlangt altijd ergens naar. Dat maakt je 
eenzaam, omdat je vaak geen antwoorden hebt voor de gedachten die 
opkomen 
of de dingen waar je bewust van wordt. En als er geen antwoord is wordt 
je 
eenzaam. Eenzaamheid is het ergste deel. Ook al leven we met veel 
mensen, 
ook al zijn we druk, hebben veel contacten, we zijn nog steeds eenzaam. 
Je 
voelt je koud en ongelukkig, niet warm.
 
De beoefening van vipassana die je deze dagen probeert te doen gaat die 
kant op. Je hebt de techniek geleerd van het noteren en benoemen van 
elk 
object wat omhoog komt. Maar soms probeer je te vast bij het object te 
blijven. Je hebt geleerd van de begeleiding om je ademhaling te volgen, 
rijzen en dalen. Je klaagt dat je het rijzen en dalen volgt en alleen 
dat 
als je meditatie ziet. Maar veelal zie je het rijzen en dalen niet, je 
ziet 
je ademhaling niet eens.
 
Waarom zie je dit niet? Het ademen is er altijd. Ademen is deel van je 
lichaam, brengt je zuurstof. We adviseren je om fysiek adem te halen 
met je 
buik. Je moet je buik observeren. Vaak observeer je het wel, maar je 
ziet 
niets en klaagt dat de meditatie niet werkt.
 
Wat je niet ziet is dat het ademhalen slechts een deel van de meditatie 
is. 
Je hoeft je ademhaling niet constant te zien. Als je denkt dat dat je 
meditatie is zit je ernaast. Als je het rijzen niet ziet, wat doe je 
dan 
als je hlemaal niets zien? Als je aandacht geeft aan het observeren van 
je 
ademhaling en je ziet het niet, dan noteer je gewoon dat je niets ziet.
 
Ik wil het eenvoudiger voor jullie maken om vipassana te beoefenen en 
het 
verschil duidelijk maken tussen vipassana en samatha. Als je je lichaam 
constant ziet en je bent je nergens bewust van, dan beoefen je samatha, 
geen vipassana. Ook al is de techniek vipassana, als je constant in je 
lichaam bent  rijzen/dalen  dan ben je in samatha, omdat je vastzit aan 
een 
bepaald object, gefixeerd bent op een bepaald object, je concentreert 
op 
een bepaald object. Je hebt samatha een bepaalde tijd nodig. In het 
begin 
(laten we het zo zeggen). Als je meer gevorderd raakt heb je niet meer 
zoveel samatha nodig. Je hebtaltijd meer flexibiliteit nodig. Alles kan 
een 
object wordt voor de geest.
 
We zeggen dat nama/rupa vipassana is. ???????? De bewustzijn ervan is 
nama 
(geest). Om vipassana meditatie te beoefenen moet je dus altijd alleen 
bij 
geest en materie  nama/rupa - zijn.  Als je je bewust bent van 
nama/rupa, 
en je noteert dit constant, bestaat er niets anders meer. Ook je zelf 
bestaat niet meer. Geen man, geen vrouw, geen dier, niets meer van wat 
wij 
voor onszelf gecreëeerd hebben in deze wereld. De wereld valt uit 
elkaar. 
Hij is er niet meer wanneer je vipassana beoefend. Er zijn altijd maar 
twee 
dingen. Geest en materie. Geest is het bewustzijn en materie is het 
object 
waar je je bewust van bent.
 
Rupa kan van alles zijn. Het kan een fysiek object zijn of een bedacht 
object. Een fysiek object kun je aanraken. Bedacht betekent dat je er 
alleen maar aan kan denken, maar ze zijn allebei rupa. Deze twee 
dingen, 
nama en rupa, geest en materie, gaan altijd door.
 
Op deze manier bestaat het doorgaande proces, wat een natuurlijk proces 
is. 
Maar omdat we met onwetendheid geboren zijn, zoals ik al zei, zijn we 
ons 
altijd bewust van iets. Wat je eigendom is, waarmee je geboren bent, is 
geest en materie. Geest en materie draag je met je mee. Je bent er niet 
vrij van. Om vrijheid te krijgen van de last van geest en materie, moet 
je 
naar het nulpunt gaan. Niets bij je hebben. Laten we zeggen dat geest 
en 
materie je eigendom is. Als je dat eigendom aanschaft, ben je ook 
verantwoordelijk voor de zorg over dat eigendom. Nu laten we al onze 
wereldse eigendommen achter, maar we hebben nog steeds eigendom in de 
vorm 
van ons karma, waarmee we geboren zijn. Om dit te laten verdwijnen, om 
nama/rupa te laten verdwijnen, dat is het doel van vipassana.
 
Dus ik moet eerlijk tegen jullie zijn waarom je veel tijd zal moeten 
nemen 
om deze intensieve beoefening te doen. Je doet dit omdat je de 
nama/rupa 
wilt oplossen. Dat is de bedoeling hiervan. Als je net te laat bent  of 
soms net te vroeg  mis je je doel. Iedere keer dat je je doel mist, is 
er 
onwetendheid voor je. Als je wel in het moment bent, is onwetendheid 
weg. 
Als onwetendheid weg is, is er wijsheid. In plaats van onwetendheid 
verkrijg je wijsheid op dat moment.
 
De beoefening moet dus op tijd zijn. Op het moment van het object waar 
je 
je van bewust bent. Het geeft niet wat het is. We hebben de vier 
funderingen waarmee we onze aandachtigheid kunnen vergroten, namelijk 
lichaam, gevoel, denken en conditionering. Je kunt je altijd bewust 
zijn 
van deze vier dingen. Neem er eentje tegelijk, niet alle vier tegelijk  
op 
tijd. En wat je moet doen is heel simpel  noterenen benoemen. Stop 
ermee, 
draag het niet mee. Dan ben je echt vrij.
 
Als je vipassana meditatie goed doet, intensief, is het het grootste 
geluk 
wat je in dit leven kunt krijgtn. Niets meer mee te dragen, niets meer 
te 
doen. Wat je doet is heel kort, heel weinig. Als het lang is, doe je 
het 
fout. Zo’n moment-concentratie noemen we kanikha-samadhi. Voor maar één 
moment. Eén moment, één concentratie, maar het komt elke keer, altijd.
 
Een klein sesamzaadje, maar misschien hebben we wel duizenden of 
miljoenen 
sesamzaadjes nodig om olie te maken. Het is hetzelfde met concentratie, 
je 
hebt maar heel even nodig voor het noteren en benmen van de geest en de 
materie. Als je hiermee in de morgen goed begint, kan je tegen de avond 
verlicht zijn, maar het moet een intensieve beoefening zijn en altijd 
op 
tijd zijn. Als je het niet de hele tijd doet, als je het maar een paar 
minuten doet, is het niet genoeg om wijsheid te krijgen.
 
Je kan het vergelijken met het maken van vuur door twee stukjes hout 
(nama 
en ruppa) tegen elkaar te wrijven. Als je het hout droogt en wrijft, 
maar 
dit maar een paar minuten volhoudt en dan een pauze neemt (om thee te 
drinken of iets leuks te doen) en daarna opnieuw begint, zal je geen 
vuur 
krijgen. Je moet niet stoppen. Je moet een langere periode doorgaan 
totdat 
de omstandigheden zo zijn dat je vur krijgt. Hetzelfde met wijsheid. Je 
beoefent nu wijsheid, maar je neemt steeds pauzes. Dat is ons probleem. 
Morgen krijg je het misschien, dat is niet te laat. Maar misschien is 
het 
hout nog nat. Je wrijft maar door, maar het moet nog drogen. Het wordt 
droog en warm als het genoeg gewreven is. Met ons gaat dat hetzelfde, 
we 
doen het fout. We hebben veel wereldse dingen, we hebben veel 
verlangens. 
Het is bijvoorbeeld heel fout als het hout net van de boom gesneden is. 
Dan 
is het moeilijk om vuur te krijgen. Je moet meer wrijven om het 
brandend te 
krijgen.
 
Hoe weet je wanneer je vuur zult krijgen? Je krijgt bepaalde problemen 
tijdens een retreat, velen van jullie hebben pijn. Soms heb je ongewone 
pijn, die je nog nooit eerder gehad hebt, maar dat gebeurt in een 
retreat. 
Het betekent dat je gezuiverd wordt. Het betekent dat je rauwe hout 
warm 
wordt en als het warm wordt gaat het vanzelf branden. Het wordt droog 
en 
gaat op dat moment branden.
 
Dus lijden is met je en door dat lijden verkrijg je wijsheid. Buddha 
heeft 
gezegd dat als er geen lijden is, er geen wijsheid is. Als er geen pijn 
is, 
is er geen geluk. Je krijgt het dus niet voor niets. Je moet iets 
teruggeven. Je krijgt het ook niet door bidden. Als je voor wijsheid 
bidt, 
krijg je het niet. Je krijgt een zekere samatha of concentratie 
(ervaring) 
door bidden, maar het is geen vipassana, geen wijsheid. Wijsheid moet 
komen 
door het oefenen van de nama/rupa, geest en materie. Geest en materie 
oefenen met de vipassana-techniek is soms erg oncomfortabel.
 
Nu wil ik je een richtlijn geven, zodat je zelf weet of je in vipassana 
bent of niet. Als je je niet gemakkelijk voelt, ben je in vipassana. 
Als je 
je wel gemakkelijk voelt, ben je niet in vipassana. Welke zou je 
kiezen? 
Zou je liever heel comfortabel zijn tijdens je beoefening en daardoor 
het 
doel missen waarvoor je hier gekomen bent? Het spijt me, maar als je 
niet 
comfortabel bent moet je daar blij mee zijn en dan zal je het hier 
goedhebben. Je slechte tijd is eigenlijk een goede tijd. Iedereen keer 
dat 
je je oncomfortabel voelt is het slecht voor je ego, maar het is goed 
voor 
je vipassana meditatie. Voor je ego is het heel slecht, dat is zeker. 
Als 
je dit ziet zal je die kant opgaan, die kant op werken en op een dag 
zal je 
succes hebben. Als je niet verlicht bent, is vipassana beoefenen het 
beste 
wat je kunt doen in deze wereld.
 
Als je met je geest werkt  herkenning van de objecten waarmee de geest 
in 
aanraking komt  laat de zintuigen dan gaan en wordt nits. Dan ben je in 
suñña. Suñña is leegte. Leegte van je zintuigen. Je hebt het al vaak 
gehoord suññata, leegte, is het doel van je beoefening. De 
Boeddhistische 
filosofie is ook dat als je wilt weten hoe leegte eruitziet  iedere 
keer 
als er een zintuiglijk contact komt en er blijft niets bij je hangen, 
dan 
ben je in suññata. Wanneer je in suññata bent, ben je ook in nibbana. 
Nibbana betekent niets. Je ziet niets in wereldse of normale termen.
 
Waarom moeten we zo hard werken? We werken zo hard voor niets. 
Natuurlijk 
moet je hard en veel werken voor niets, omdat niets een betekenis 
heeft. 
Het betekent niet niets zonder betekenis. Niet erg droog, maar erg 
positief 
en ook erg vrij. Je moet je constant overal van bewust zijn. Horen 
bijvoorbeeld. Als je iets hoort noteer je: ‘horen’, ‘horen’, ‘horen’. 
En 
dan? Je krijgt er geen indruk van. Er is niets wat je leuk vindt. 
Geluid  goed geluid is er niet, slecht geluid is er niet  dan ben je in 
suññata. De zes zintuigen komen met een contact en wanneer je dat 
herkent 
of er bewust van wordt, hetzelfde als met horen, betekent het niets 
voor je 
en ben je in suññata. Hetzelfde met denken, als het niets voor je 
betekent 
op dat moment, is het meteen suññata.
 
Je moet het dus snel doen, op tijd. Als je het te laat doet, niet op 
tijd, 
is het een afleiding. Het kan je soms doden. Als je veilig en gezond 
wilt 
zijn moet je de techniek van de vipassana meditatie beoefenen. Dan zul 
je 
constant veilig en gezond zijn. Als je veilig en gezond bent is je 
persoonlijke welzijn al aanwezig, zelfs als je niet verlicht bent. Je 
persoonlijke welzijn is niet hetzelfde als je verlangen. Het is niet 
iets 
dat je leuk vindt of niet leuk vindt. Het is gewoon veilig en gezond. 
Laten 
we verder gaan met oefenen. Toen ik van jullie leraren hoorde dat 
jullie 
pijn hadden glimlachte ik, omdat het betekent dat jullie het goed doen. 
Bedankt voor het luisteren.